Energie
Energie
Blog Article
Impact Analyse Afschaffing Vrijstelling Energiebelasting Bij ...
- Bij het meetprotocol behoort een administratie waarin per meetinrichting de volgende gegevens worden geregistreerd: a. fabrikaat, type, fabrieksnummer en bouwjaar van de geïnstalleerde meetinrichtingen, meters en meetmiddelen; b. kalibratiecertificaten van de meetinrichting en de meters en meetmiddelen daarvan; c. het jaar waarin de meetinrichting is geïnstalleerd dan wel voor het laatst is gereviseerd; d.
het jaar en de maand, waarin de meetinrichting voor het laatst is gecontroleerd; f. het jaar en de maand, waarin de meetinrichting voor het laatst is geijkt; g. de resultaten van de aan de meetinrichting uitgevoerde controles en ijkingen; h. een overzicht van de functionarissen die bevoegd zijn metingen uit te voeren en meetinrichtingen te onderhouden respectievelijk te beheren Aanvullend geldt voor warmte norm EN 1434-sectie 2.
Milieu - Sweet Lions B.v. Cherrytomaten
- Indien aardgas als brandstof wordt gebruikt, wordt de hoeveelheid aardgas gerapporteerd in kubieke meters van standaard Groningen-kwaliteit (met een energie-inhoud van 35,17 MJ/Nm3) onder normaalcondities. De omrekening van de gemeten hoeveelheid aardgas naar aardgas van standaard Groningen-kwaliteit geschiedt aan de hand van de feitelijke energie-inhoud van het gebruikte aardgas, zoals de leverancier deze bij de facturering van het aardgas aan de producent opgeeft.
- In het meetrapport wordt tevens vermeld, voor zover van toepassing, a. storingen van meetinrichtingen en daarmee samenhangende reparatie van meetgegevens; b. storingen in andere onderdelen van de bemetering en de gevolgen daarvan voor de betrouwbaarheid van de meetgegevens, c. dat meetgegevens door middel van alternatieve meting zijn bepaald; d.
Over Rutag
wijzigingen in installatie, bemetering en andere omstandigheden die van belang kunnen zijn voor het bepalen van de hoeveelheid WKK-certificaten. 2. 8. Het meetrapport bevat voorts een verklaring dat de meetgegevens zijn totstandgekomen door onverkorte toepassing van het meetprotocol. 2. 9. In aanvulling op deze gegevens kan in het meetrapport ook de verbrandingswaarde van de brandstof worden gerapporteerd ten behoeve van rapportage aan het Centraal bureau voor de statistiek.
[Regeling vervallen per 01-01-2015] 2. 10. De meetgegevens van een meetinrichting, die door een storing niet langer functioneert of niet langer voldoet aan de gestelde meeteisen, mogen voor een periode van maximaal vier werkdagen nadat de storing is opgemerkt worden berekend uit controlemetingen. 2. 11. Indien de storing niet binnen vier werkdagen verholpen is, kan de producent meten volgens de in hoofdstuk 5 beschreven methode en procedure.
'Denk Niet Alleen Aan Gascentrales Voor De ...
- Indien een storing is opgetreden, wordt dit vermeld in het meetrapport over de desbetreffende kalendermaand. Hierbij wordt aangegeven welke meetgegevens het betreft en op welke wijze de reparatie is aangebracht. [Regeling vervallen per 01-01-2015] 2. 13. Het meten van de hoeveelheden energie geschiedt volgens algemeen geaccepteerde comptabele meetinrichtingen. 2.
Voor zover een meetinrichting of meter onder de IJkwet valt, zijn deze meetvoorwaarden niet van toepassing ten aanzien van het (de) onderwerp(en) dat (die) voor die meetinrichting of meter in de IJkwet word(t)(en) geregeld. 2. 15. De meters en meetmiddelen voldoen aan de typekeuringseisen van de voor die meters en meetmiddelen van toepassing zijnde EN-normen of daarmee vergelijkbare nationale normen.
Elektra
- De capaciteit, het ontwerp en de aanleg van de meetinrichtingen is in overeenstemming met de maximale hoeveelheden energie die de WKK-eenheid kan consumeren respectievelijk produceren. 2. 17. Plaatsing van de meters voldoet aan de plaatsingsvoorschriften die onderdeel uitmaken van de genoemde normen en aangevuld met de plaatsingsvoorschriften van de fabrikant van de meter of meetmiddel.
- Elk van de meters en de meetmiddelen is geborgd dan wel verzegeld. De borging is zodanig dat een meting niet kan worden beïnvloed, zonder dat dit duidelijk gesignaleerd wordt. De verzegeling is zodanig dat een meting niet kan worden beïnvloed zonder de verzegeling zichtbaar te verbreken. 2. 19. De meetinrichting wordt zodanig onderhouden dat deze voortdurend aan deze meetvoorwaarden voldoet.
Energiebenutting Warmtekrachtkop Peling In De ...
- De systeemgrens omsluit één of meerdere WKK-eenheden van een WKK-installatie. 3. 2. Indien de systeemgrens meerdere WKK-eenheden omsluit, worden alle eenheden binnen deze site die systeemgrens voor de toepassing van artikel 6a, vijfde lid, van de Regeling certificaten warmtekrachtkoppeling Elektriciteitswet 1998 beschouwd als één WKK-eenheid. 3. 3. Indien een systeemgrens meerdere WKK-eenheden omsluit, geldt voor het bepalen van de referentie-emissiefactoren voor de WKK-eenheden binnen deze systeemgrens https://canidas.nl/revolutionaire-wkk-installatie-maximale-energie-efficientie/ op grond van artikel 6a, tweede lid, van de Regeling certificaten warmtekrachtkoppeling Elektriciteitswet 1998 als bouwjaar het bouwjaar van de meest recent gebouwde WKK-eenheid.
- Op de systeemgrens van de WKK-eenheid worden alle vormen van energie-input en energie-output gemeten. 3. 5. Alle onderdelen van de WKK-eenheid bevinden zich binnen de systeemgrens. 3. 6. Niet aan de WKK-eenheid gerelateerde systemen die elektriciteit, mechanische energie of warmte opwekken vallen buiten de systeemgrens. 3. 7. De consumptie van elektriciteit, mechanische energie of warmte van systemen die zich binnen de systeemgrens bevinden, wordt niet gemeten.
Mini-wkk Kleurt Het Energielandschap Van Morgen Groen
- Voor elke WKK-eenheid wordt een schema opgesteld met daarop aangegeven de systeemgrens, de energiestromen die de systeemgrens passeren en voor elk van deze energiestromen de meetinrichtingen die zich op de WKK-systeemgrens bevinden. 3. 9. Voor de gehele WKK-installatie wordt in een schets aangegeven waarop de systeemgrenzen van de WKK-eenheden in onderling verband zijn aangegeven.
- De hoeveelheid vloeibare brandstof wordt gemeten door middel van een meetinrichting die voldoet aan de IJkregeling vloeistofmeters en vloeistofmeetinstallaties, waarbij de eisen voor klasse 1. 0 gelden. 4. 5. De hoeveelheid andere brandstof wordt bepaald volgens een algemeen geaccepteerde comptabele meting, met een maximaal toelaatbare afwijking van 1,0%. [Regeling vervallen per 01-01-2015] 4.
Basishandboek Warmtekrachtkoppeling
Voor een stoomdebiet van minder dan 50% van het meetbereik van de meetinrichting bedraagt de maximaal toelaatbare afwijking van de meting 4% van de meetwaarde. De temperatuur wordt gemeten met een weerstandsthermometer die voldoet aan norm IEC-751, nauwkeurigheidsklasse B, een thermokoppel die voldoet aan norm IEC-584, nauwkeurigheidsklasse 2, of een meter die voldoet aan een vergelijkbare norm.
- Voor ten hoogste 2,5% van de per energievorm in totaal gemeten hoeveelheid energie, kunnen de maximaal toelaatbare afwijkingen ten hoogste tweemaal zoveel bedragen als de volgens de voorgaande bepalingen van dit hoofdstuk voorgeschreven maximaal toelaatbare afwijkingen. [Regeling vervallen per 01-01-2015] 5. 1. De producent kan een meetgegeven via een alternatieve meting bepalen, indien meten met meetinrichtingen als bedoeld in hoofdstuk 4 niet mogelijk is omdat: a.
Haalbaarheid Warmtekoppeling
het plaatsen van een meetinrichting tot aantasting van de veiligheid van de installatie zou leiden, c. het plaatsen of verbeteren van een meetinrichting tot onevenredig hoge kosten zou leiden, of d. een meetinrichting in storing is geraakt als bedoeld onder 2. 10 tot en met 2. 12. 5. 2. De alternatieve meting voldoet aan de hieronder genoemde voorwaarden.
- De producent verstrekt in het meetprotocol een uitvoerige motivatie voor het afwijken van hoofdstuk 4, waarin tenminste wordt opgenomen: a. een beschrijving van de technische onmogelijkheid om hoofdstuk 4 toe te passen, of b. de overwegingen omtrent de veiligheid van de installatie op grond waarvan hoofdstuk 4 niet toegepast kan worden, of c.
Zo Plukken Tuinders De Vruchten Van Een ...
de onnauwkeurigheid die bij toepassing van hoofdstuk 4 bereikt zou zijn, en e. de onnauwkeurigheid die bij toepassing van de alternatieve meting bereikt zal worden. 5. 4. De wijze van het bepalen van de meetgegevens door middel van alternatieve meting wordt nauwkeurig vastgelegd in het meetprotocol voor de WKK-installatie en wordt voorafgaand aan de toepassing daarvan goedgekeurd door een gecertificeerd meetbedrijf.
Report this page